Wat te doen bij Wi-Fi problemen? Tips voor een betere verbinding

1. Gebruik een Access Point in plaats van alleen de router

1. Routers bieden vaak standaard Wi-Fi, maar deze is niet altijd krachtig genoeg om een grote woning of kantoor goed te dekken.
2. Overweeg een los Access Point aan te schaffen en aan je router te koppelen. Dit zorgt vaak voor een sterkere en stabielere verbinding.

2. Controleer de plaatsing van je Access Point of router

1. Zet het Access Point of de router op een centrale plek in huis of op kantoor.
2. Vermijd plaatsen dicht bij muren, metalen objecten of apparaten zoals magnetrons en draadloze telefoons. Die kunnen het signaal verstoren.
3. Plaats het apparaat bij voorkeur hoog, zoals op een kast of plank.

3. Gebruik internet via een kabel

1. Als je Wi-Fi zwak of onstabiel is, overweeg dan om apparaten zoals computers of tv's via een ethernetkabel aan te sluiten.
2. Dit biedt een stabielere en vaak snellere verbinding dan Wi-Fi.

4. Vermijd stoorzenders

1. Andere draadloze apparaten, zoals babyfoons of Bluetooth-apparaten, kunnen de Wi-Fi-verbinding beïnvloeden.
2. Zet deze apparaten uit om te testen of het je Wi-Fi verbetert.

5. Kies een ander Wi-Fi-kanaal

1. Als veel routers in je omgeving op hetzelfde kanaal zitten, kan dat voor storing zorgen.
2. Log in op je router (vaak via het IP-adres zoals 192.168.1.1).
3. Zoek naar de optie voor Wi-Fi-instellingen of Draadloze instellingen.
4. Schakel automatisch kanaalgebruik uit en kies handmatig een minder druk kanaal.

6. Herstart je apparatuur

Soms kunnen storingen simpelweg worden opgelost door de apparaten opnieuw op te starten:

1. Zet je modem, router of access point uit.
2. Wacht 10 seconden en zet alles weer aan.
3. Controleer of de verbinding hiermee is verbeterd.